Wat is het verschil tussen LTA en ZTA waarde?
Auteurs: Drs. Tim Mijzen, Sophie van Gerwen
In dit artikel leggen we uit wat de zontoetredingsfactor (ZTA) en de lichttoetredingsfactor (LTA) zijn. Daarnaast wordt de relatie tussen de twee besproken maar ook de rol die ze spelen binnen de BENG berekening en de daglichtberekening.
Zontoetredingsfactor (ZTA)
De zontoetredingsfactor is een eigenschap van glas die aangeeft hoeveel warmte het doorlaat. Deze eigenschap wordt aangegeven met een getal tussen 0 en 1 of met een percentage tussen 0 en 100%. Een hoge ZTA geeft aan dat het glas veel warmte doorlaat en een lage ZTA houdt juist veel warmte tegen.
In de winter is het gunstig als de ZTA hoog is. Omdat deze dan veel warmte doorlaat hoeft er minder gebruik te worden gemaakt van de verwarming. Echter, in de zomer is een lage ZTA gunstig zodat de woning koel blijft. In dat geval hoeft er minder zonwering toegepast te worden, wat veel geld kan besparen.
Lichttoetredingsfactor (LTA)
De lichttoetredingsfactor is een eigenschap van een raam die aangeeft hoeveel licht het doorlaat. Waar de ZTA gaat over warmte en relevant is voor de BENG gaat de LTA over zichtbaar licht en deze is relevant voor zowel de daglichtberekening als de daglichtfactor berekening.
De LTA werkt voor de rest zo goed als hetzelfde als de ZTA. De LTA wordt ook aangegeven met een getal tussen 0 en 1 of een percentage tussen 0 en 100%. Wanneer de LTA hoog is wordt er veel licht doorgelaten terwijl met een lage LTA juist veel licht wordt tegengehouden.
Is er een relatie tussen de LTA en ZTA waarde?
Zowel de ZTA als de LTA hangt af van het type glas. Zoals te zien in de tabel hieronder. Deze twee factoren hangen sterk van elkaar af. Wanneer een type een lage ZTA heeft, heeft het ook een lage LTA waarde en andersom.
Wat het lastig maakt is dat het voor de BENG gunstig is om een relatief lage ZTA waarde te hebben, wat een lage LTA waarde met zich meebrengt. Terwijl de daglichtberekening of daglichtfactor berekening een hoge LTA vraagt die gepaard gaat met een hoge ZTA. Het is de vraag per woning in welke type raam de juiste balans ligt voor de twee factoren.
Tabel 1. ZTA en LTA voor verschillende type glas
| Type | ZTA | LTA |
|---|---|---|
| Enkel glas | 0,85 | 0,90 |
| Enkel glas met voorzetraam | 0,75 | 0,80 |
| Dubbel glas | 0,75 | 0,80 |
| HR++ | 0,60 | 0,70 |
| Drievoudig glas | 0,50 | 0,60 |
Conclusie
Zo kan er geconcludeerd worden dat het belangrijk is om te kijken naar zowel de daglichtberekening als de BENG wanneer een glastype wordt gekozen. Dit omdat de aparte berekeningen beter presteren met andere waardes. Het is daarom van belang om te kiezen voor een glastype waarbij beide berekeningen voldoen.
